Bastogne

Slag om de Ardennen en mondiaal oorlogserfgoed

Een stad aan een kruispunt van wegen

Bastogne, of Bastenaken, gelegen in het hart van de Ardennen in België, geniet een reputatie als handelsstad. Een duik in het verleden leert ons dat deze traditie van handel al heel oud is. Al in het neolithicum waren er uitwisselingen met verre streken, wat blijkt uit de oorsprong van de materialen waarmee bijlen uit die tijd werden gemaakt. Oude strijdwagengraven en onverharde wegen onthullen de vestiging van een hiërarchische Gallische samenleving, waarvan de elite begraven werd samen met al hun wapens en rijkdom. In de buurt van Romeinse wegen, zoals die van Reims-Keulen, Metz-Arlon-Tongeren, of Bavay-Trier, passen de mensen zich aan een nieuwe Gallo-Romeinse levensstijl aan.

De eerste schriftelijke vermelding van Bastogne verschijnt pas in de 7e eeuw, in het testament van een diaken uit Verdun, genaamd Grimon. Hij schenkt een deel van Bastogne, « portionem vero meam in Bastoneco », aan de St-Maximinabdij van Trier. In de 9e eeuw heeft Bastogne een muntslagerij en een wekelijkse markt. In 1322 wordt de stad onafhankelijk verklaard door Jan de Blinde, graaf van Luxemburg en koning van Bohemen. Na het verkrijgen van deze vrijheid komt Bastogne als commerciële bestemming tot leven: de markthal, de lommerd en de rijke burgerij zijn hiervan getuigen.

In de 16e eeuw bevestigt de Italiaan Guicciardini de solide handelsreputatie van Bastogne die ze dankt aan haar graan- en veemarkten. Hij noemt de stad het Parijs in de Ardennen. Hij schrijft: « Bastonack grenst aan het Ardense woud… het is een mooi klein stadje… waar heel het gebied zijn koopwaren naartoe brengt”. Tot aan de 18e eeuw blijft de landbouw de belangrijkste activiteit. Twee grote wegen zijn zeer bevorderlijk voor de economische ontwikkeling van de regio. In 1729, onder de heerschappij van de Oostenrijkse Habsburgers, loopt de grote weg Namen-Luxemburg via Bastogne. En in de Nederlandse periode trekt Koning Willem I in 1823 een nieuwe route door het land, onze N4. In 1869 wordt Bastogne verbonden met Libramont door een spoorlijn, die de stad nog een nieuwe commerciële impuls geeft. Vanaf de 19e eeuw wordt het marktplein “le Quarré”, de draaischijf van alle activiteiten van de « Bastognards » met de tweewekelijkse veemarkt waar veel volk naar toe komt.

 

Middeleeuwse en Spaanse stad

Jan van Luxemburg maakte de stad onafhankelijk in de 14e eeuw en liet een muur bouwen om de stad te verdedigen. Hij kende rechten en plichten toe aan de burgers zodat die op een veiligere manier de handelaars konden verwelkomen. In ruil hiervoor vroeg deze « Jan de weldoener » overvloedige taksen. De wijk « Behenne » is naar hem vernoemd. La porte de Trèves is nog een overblijfsel van de stadsmuur. Het is een massieve poort met dubbele deur, 17 meter hoog, versterkt met een valhek en drie erkers, twee schietgaten, en later ook met kanongaten. Tot in 1914 deed het gebouw dienst als gevangenis. Vandaag is het een museum, te bezoeken op afspraak. De stadsmuur zelf werd in 1688 met de grond gelijkgemaakt door Lodewijk XIV.

Een ander overblijfsel uit de middeleeuwen is de Sint-Pieterskerk met zijn romaanse verdedigingstoren. Zoals gewoonlijk bij romaanse gebouwen, diende de toren als toevluchtsoord voor de bevolking. Het hoofdaltaar en de doopvonten behoren ook tot de romaanse kunststroming. Onder Keizer Karel V werd in de 16e eeuw een gotische kerk met 3 beuken toegevoegd aan de toren. De gewelfde spitsbogen zijn in 1536 versierd met opmerkelijke schilderingen. Ze geven het dagelijkse leven weer en vertellen in beelden, voor de ongeletterden, de belangrijkste verhalen uit de Bijbel. De kunstenaars lieten niet na om paus Paulus III en Keizer Karel weer te geven, twee pijlers van de katholieke Contrareformatie.

Andere uitzonderlijke elementen zijn de 17e eeuwse preekstoel, gemaakt door het atelier van de getalenteerde ebenist Jean-Georges Scholtus en een 16e eeuwse graflegging, afkomstig uit een verdwenen Franciscaner kerk.

Stad van herinnering

De stad Bastogne dankt zijn internationale bekendheid vooral aan een tragische episode uit de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog: zijn beleg tijdens de Slag om de Ardennen, ook « het Von Rundstedt-offensief » of het Ardennenoffensief genoemd. Bastogne was omsingeld van 20 december 1944 tot 26 december 1945. De para’s van McAuliffe weerstonden de zware Duitse aanvallen. Op 25 december kwamen de tanks van Patton te hulp. De vuurgevechten en het lijden van de burgerbevolking leken eindeloos. Een route met informatieborden toont de belangrijkste plaatsen van de slag. Talrijke musea en monumenten herinneren aan het conflict en brengen diverse scènes in beeld: Bastogne Barracks, Bastogne War Museum, Bastogne Ardennes 44 Museum, het 101e Airborne, het Museum van het 1e regiment Veldartillerie. Een route door de stad leidt naar de musea, naar de mijlpalen van de vrijheid, en naar de 8 gedenkplaatsen waaronder het monumentale en symbolische Mardasson.

Mardasson werd gebouwd als eerbetoon aan de Amerikaanse bevolking, namens de gehele Belgische bevolking. In 1946 werd de eerste steen gelegd van deze gigantische ster, op de plaats van de ultieme Duitse doorbraak, tussen het Rijn- en Maasbekken. Bastogne is het symbool van het felle verzet van de Amerikanen tegen een onverwacht Duits offensief. Het was in de Ardennen dat de laatste poging van Hitler mislukte en er eindelijk een kentering in de oorlog kwam.

OPGELET : !!! de Mardasson is momenteel NIET toegankelijk wegens onderhoudswerken.  Deze is enkel zichtbaar vanop de site !!!

Zoekt u een ervaren gids die u van alles kan vertellen over de geschiedenis van de streek, of over andere thema’s, zoals het architecturale, natuurlijke of gastronomische erfgoed? Reserveer dan uw bezoek bij de specialisten van de Compagnie des guides de Centre-Ardenne.

Immaterieel Erfgoed

De « Herdiers d’Ardenne », de « Foire aux noix », Pat’carnaval… allemaal gebruiken die erop wijzen dat de inwoners van Bastogne levensgenieters zijn, dat ze houden van humor en tradities.

De beroemde Ardense ham geniet van een beschermd oorsprongslabel en wordt gepromoot door Les Herdiers d’Ardenne,  een broederschap dat 12 jaar na de oorlog werd opgericht. Hun kapittel vindt plaats op de tweede zaterdag van oktober. In de middeleeuwen vertrouwden de mensen uit het dorp hun vee toe aan de « Herdier », de dorpsherder die de dieren meenam op zoek naar voedsel voor de dag. De varkens voedden zich met eikels uit de publieke bossen.

De echte Jambon d’Ardenne, dat zijn eigen bezoekerscentrum heeft boven het Maison du Tourisme op het McAuliffeplein, is het product van een dier dat zich wist aan te passen aan de vochtige en koude klimaatomstandigheden van de streek. De speciale rooktechniek wordt uitgevoerd met beuken- of eikenhout, gearomatiseerd met jeneverbessen. Het geheel geeft de ham een unieke smaak.

In Bastogne werden ook schapen en koeien gehouden. De schaapherders en koewachters met hun kuddes waren typische personages uit de oude Ardennen. De « Foire aux noix », letterlijk « notenfoor » van Bastogne herinnert aan een oud gebruik in de 19e eeuw. In december gingen herders, boeren- en huishoudelijk personeel naar de foor van Bastogne om zichzelf en hun diensten te verhuren. Eenmaal aangenomen knoopten ze een rode zakdoek met witte stippen rondom hun nek, als bewijs van hun aanstelling voor het komende jaar. Eens dat het loon verzekerd was gingen de vrijgezellen naar hun uitverkorene en deden hen seizoensvruchten cadeau: noten. Daarom wordt dit evenement ook wel « la foire des amoureux » genoemd.

Bij toeval antwoordde Generaal McAuliffe in december 1944 met het bekende « Nuts » op de vraag van de Duitsers tot capitulatie. Nuts betekent noten, en ook nog andere dingen in de Engelse spreektaal! Bezoek de kelder van McAuliffe in Bastogne Barracks.

Het carnaval van Bastogne heet Pat’carnaval. Het werd in 1977 gesticht door de jeugdbeweging « le patro ». In de optocht lopen enkele typische Ardense personages mee zoals de plaaggrage Trouffet, de gladde verkoopster Marie-Jeanne, de chaperonnes Vîs Matantes en de vleeseters uit de bovenwijk die het vaak aan de stok kregen met de soepdrinkers uit het centrum en de melkdrinkers beneden in de stad …


Een museum over de Ardenners

In het hart van het voormalige klooster van Bethlehem, gesticht in de 17e eeuw door de religieuze recollectinen uit Dinant, nodigt het Museum en Piconrue u uit voor een kennismaking met de Ardense cultuur. Het museum neemt u mee terug in de tijd, niet eens zo heel lang geleden, naar de volkstradities en –geloven. Het toont een gevarieerde blik op de Ardennen van gisteren en vandaag. Een apart parcours is toegewijd aan de « verschillende levensfasen », van de geboorte tot de dood.


undefined

Het toont een gevarieerde blik op de Ardennen van gisteren en vandaag. Een apart parcours is toegewijd aan de « verschillende levensfasen », van de geboorte tot de dood. Aanvullend is er het « Maison des Légendes », in dit huis van legendes, wandelt u door een bos met vreemde wezens, zoals de weerwolf, dwergen en feeën, maar ook Malegijs en de 4 Heemskinderen, of de duivel in al zijn gedaanten. In het museum worden regelmatig tentoonstellingen gehouden en het biedt pedagogische activiteiten aan voor kinderen. Klein en groot worden er uitgenodigd om met een andere blik naar de Ardennen en de wereld te kijken.

Sportieve stad

In Bastogne houdt men vooral van de fiets. De oudste wielerkoers ter wereld, Luik-Bastenaken-Luik, ook wel « la Doyenne » genoemd, werd in 1892 voor het eerst gereden. De wedstrijd sluit op de derde zondag van april de voorjaarsklassiekers af met een stevige 260 km. Het uithoudingsvermogen en de kracht van de wielrenners wordt flink op de proef gesteld, aangezien het steile Ardense relief van de provincies Luik en Luxemburg moet worden bedwongen. Het monument van Baron Pierre de Crawez en zijn auto Panhard-Levassor op de rotonde van de weg naar Wiltz, herinnert eraan dat het eerste autoracecircuit in Bastogne werd uitgevonden in 1902.

Het Circuit des Ardennes is de voorloper van Spa-Francorchamps. De deelnemers van het oorspronkelijke circuit reden 5 rondes van ongeveer 100 km, van Bastogne naar Longlier, Neufchâteau, Offaing, Léglise, Anlier, Habay-la-Neuve, Martelange en terug naar Bastogne. De eerste overwinning werd behaald door Charles Jarrott met een Panhard. Om de 3 jaar wordt deze beroemde wedstrijd opnieuw gereden, In de stijl van honderd jaar geleden.


Bastogne, wandelen, fietsen of op de rug van een ezel

In de buurt van het McAuliffeplein ligt het Parc Elisabeth, aangelegd in 2001 ter ere van onze toekomstige koningin. We vinden er onder andere een rozentuin, aromatische planten en fruitbomen. In de « Orangerie » exposeren hedendaagse kunstenaars en de kiosk is een plaats voor concerten o.a. tijdens het Fête de la Musique in juni.

Het voormalige station van Bastogne, gebouwd in 1895, is nu een origineel natuurcentrum en een veilige thuisbasis voor ezels. Het heeft haar naam « Naturâne » dus niet gestolen. In de zomer kunnen gezinnetjes hier een origineel uitstapje maken met ezels die de kleinsten op de rug dragen. In het stationsgebouw verkoopt men producten op basis van ezelmelk, waarvan de heilzame werking al in de tijd van Hippocrates, de vader van de medische wereld, bekend was.

En wandelaars, fietsers, skaters en rolstoelgebruikers kunnen vanaf het station één van de drie RAVeL routes uitproberen. De eerste neemt u mee naar Wiltz, in het Groothertogdom Luxemburg, de tweede leidt naar Houffalize en de laatste loopt door tot in Gouvy. Deze geasfalteerde paden voor langzaam verkeer lopen door prachtige natuurgebieden. De pré-RAVeL, van Villeroux tot Martelange, start hier ook en een gedetailleerde beschrijving van de routes kunt u downloaden op www.velo-ravel.be. Houdt u van meer van uitdagingen met de fiets in het bos, dan kunt u kiezen uit 5 mountainbikeroutes.